Kernpunten
Ons doel is om met elkaar in gesprek te gaan op basis van goed onderbouwde en onafhankelijk onderzochte feiten. Geleid door een helder ethisch kompas en op basis van gelijkheid, willen wij komen tot een beleid waarbij (keuze)vrijheid en eigen regie over ieders gezondheidskeuzen voorop staan.
Wij stellen op basis van wetenschappelijk onderbouwde artikelen en ‘medical common sense’ een risicogestuurd beleid voor, gestoeld op vrijwilligheid, met gedegen bescherming van de vatbaren en behoud van fysieke, sociale en economische gezondheid voor de niet-kwetsbaren. Een beleid waarbij door ‘focused protection’ optimale bescherming kan worden geboden aan hen die dat wensen, door het gerichter inzetten van schaarse bronnen, behoud en versterking van natuurlijke afweer en het zo veel mogelijk beperken van stress en angst.
Ons verschil in visie ligt in een andere weging van de dreiging die voortkomt uit de uitbraak van het SARS-CoV-2 virus. Daarbij zien wij vooral een capaciteitscrisis in de zorg, die ook samenhangt met de pandemie van welvaartsziekten in onze huidige wereld. Wij vinden het schadelijk dat het falend zorgbeleid van de afgelopen decennia aangegrepen lijkt te worden voor het langdurig inperken van grondrechten en voor ondemocratische wetswijzigingen. Zelfs werd de intensieve zorg nog verder afgeschaald en in juli ’21 zijn de CAO-salarisonderhandelingen van verpleegkundigen muurvast gelopen. Terwijl pandemieën al lang verwacht werden, bleef in Nederland jarenlang een schaarstemodel voor de zorg gelden.
Met de coronacrisis wordt een eenzijdig beleid gevoerd, gericht op het inperken van vrijheden en het medicaliseren van de maatschappij in plaats van behoud en bevordering van de volksgezondheid.
Hieronder volgen onze vijf kernpunten die we in maart 2023 hebben gepubliceerd in een uitgebreid artikel ‘Vijf belangrijke wetenschappelijke inzichten over de aard en aanpak van Covid-19‘. De bronnen waarnaar we verwijzen in onze kernpunten zijn te vinden in dit artikel.
1. Gezonde mensen houden elkaar gezond
Een minimale blootstelling aan micro-organismen of virussen draagt bij aan het gezond houden van het immuunsysteem van mensen. De kans dat gezonde mensen elkaar ernstig ziek maken met door de lucht verplaatste seizoensvirussen is heel erg klein.
Lees verder
Overdracht van micro-organismen en virussen van de ene naar de andere persoon vindt in de bevolking altijd plaats. Pas als de infectiedruk onder de bevolking oploopt en er meer of krachtiger ziekteverwekkers zijn, krijgen meer mensen last van ziekteverschijnselen. Dit zien we steeds bij bekende seizoenziekten, zoals griep en verkoudheden. Soms leidt verspreiding van een micro-organisme of virus tot epidemieën.[1]
Mensen met ziekteverschijnselen kunnen anderen alleen ziek maken, als er een grote hoeveelheid van een ziekteverwekker is. Of als het immuunsysteem van de besmette persoon niet in staat is deze te neutraliseren.
Sommige mensen hebben een groter risico op ziekte, ook bij minimale overdracht van micro-organismen of virussen. Dat zijn bijvoorbeeld ouderen met onderliggende aandoeningen, mensen met auto-immuunziekten en transplantatiepatiënten die medicatie krijgen om het immuunsysteem te onderdrukken.[3]
Ten tijde van een verhoogd risico op ernstige ziekte in de bevolking door bepaalde virussen of micro-organismen moet het gezondheidsbeleid gericht zijn op het beperken van contact tussen mensen met klinische verschijnselen en de rest van de bevolking (‘Bij ziekte blijf je thuis’) en op bescherming van mensen die behoren tot de risicogroepen.
Vrijwilligheid en keuzevrijheid zijn essentieel voor het gezondheidsbeleid. Dat is praktisch goed uitvoerbaar: mensen ervaren aan den lijve dat ze ziek zijn, en wie tot een risicogroep behoort, weet dat over het algemeen wel en kan heel goed zijn of haar eigen risicoafweging (of die voor hun kinderen) maken.
Voor mensen zonder klinische verschijnselen hebben maatschappelijke beperkingen zoals afstand houden van elkaar, het verplicht dragen van mondkapjes en het gebruik van speciale toegangsbewijzen voor openbare gelegenheden -zoals het coronatoegangsbewijs (CTB)- medisch gezien geen toegevoegde waarde, en zijn alleen al daarom onacceptabel
(zie ook punt 5: Geen medische toegangsbewijzen).
2. Geen massale tests
Buiten het ziekenhuis of zorginstelling testen op verkoudheidsvirussen, zoals corona en influenza, is medisch gezien zinloos en maatschappelijk schadelijk. Want bij afwezigheid van een specifiek en effectief geneesmiddel levert testen geen belangrijke medische informatie op en leidt het tot grootschalige en onnodige uitval van werk en andere sociale activiteiten. Dit heeft een ontwrichtend effect op de maatschappij [4].
Lees verder
Er zijn vier redenen waarom testen buiten het ziekenhuis zinloos is:
- Bij klachten door welk willekeurig luchtwegvirus ook (met klachten zoals hoesten, niezen, koorts) is de meest effectieve maatregel thuisblijven en enige afstand houden tot andere mensen. Als er een specifiek en effectief geneesmiddel zou bestaan tegen ziekteverschijnselen door bijvoorbeeld een coronavirus, zou een diagnostische test zinvol kunnen zijn bij mensen waar een infectie een duidelijk risico op complicaties geeft en het bijwerkingsrisico van het medicijn daartegen opweegt.
- Dergelijk geneesmiddelen bestaan buiten het ziekenhuis nog steeds niet, ook al wordt daar momenteel wel onderzoek naar gedaan. Uit medisch oogpunt is het natuurlijk wel van belang om te onderzoeken welk virus een rol speelt bij ziekteverschijnselen, zoals bij sommige situaties in het ziekenhuis of in het kader van epidemiologisch onderzoek.
- Bij massaal testen op een specifiek luchtwegvirus, zoals bijvoorbeeld op covid-19, kan de ernst van besmetting door andere ziekteverwekkers onderschat worden. Een negatieve test bij aanwezigheid van luchtwegklachten kan dan leiden tot een vals gevoel van veiligheid, met mogelijk nare gevolgen voor medemensen die tot risicogroepen behoren.
- Daarnaast is er ook het een en ander aan te merken op de PCR-testen die bijvoorbeeld voor corona worden gebruikt. Deze detecteren de aanwezigheid van stukjes RNA van het coronavirus. De test is positief als er intact virus aanwezig is, maar wordt ook positief bij aanwezigheid van inactieve resten van het virus-RNA, die nog maanden na een doorgemaakte infectie in het lichaam kunnen circuleren. Hieruit volgt dat een positieve PCR-test niet betekent dat er ook sprake is van ziekte of besmettelijkheid. Een goede antigeendetectietest bewijst de aanwezigheid van besmettelijk virus veel beter. [5]
Als voorbeeld:
Het massaal testen op coronavirussen leidt dan ook tot twee onjuiste ideeën over ziekte en gezondheid onder de bevolking:
- Bij een positieve coronatest en afwezigheid van luchtwegklachten: het idee dat men op één of andere wijze ziek en besmettelijk is, zie (c) en (d).
- Bij een negatieve coronatest, maar met aanwezigheid van luchtwegklachten: het idee dat men niet besmettelijk kan zijn voor anderen, zie (b).
- Beide foutieve ideeën zijn maatschappelijk schadelijk, omdat zij op grote schaal tot onnodige uitval op de werkplek en in het sociaal verkeer leiden. Dit laatste werd nog versterkt door het regeringsbeleid, met de inperking van grondrechten toen deelname aan het maatschappelijk verkeer werd verbonden aan een negatieve testuitslag of CTB (coronatoegangsbewijs), en isolatieplicht bij een positieve test.
3. Alleen veilige vaccins zonder drang of dwang
Vaccinaties moeten uitsluitend vrijwillig plaatsvinden, zonder dwang of drang, met een bewezen werkzaam en veilig vaccin. Een aanvaardbare en actuele risk-benefit ratio is noodzakelijk om een goede afweging te kunnen maken voor behandeling met een vaccin.
Lees verder
Het Artsen Collectief is van mening dat de coronavaccinaties niet aan de voorwaarden van veiligheid, effectiviteit en doelmatigheid voldoen. Daarom zouden ze zelfs niet meer aan mensen uit risicogroepen aangeboden moeten worden.
Dit laatste is des te meer van belang, omdat inmiddels uit grondige studies van professor John P.A. Ioannidis (Stanford University) blijkt dat covid-19, in de periode voorafgaand aan beschikbare vaccinaties, een regionaal variabele, maar op wereldniveau lage Global Infection Fatality Ratio (IFR) had van 0,095% voor de totale bevolking van 0-69 jaar. Alleen voor de leeftijdsgroep van 80 jaar en hoger was er sprake van een hoger risico op sterfte dan bij influenza. Dit getal ligt bij latere varianten van het coronavirus zelfs nog lager.
4: Geen medische toegangsbewijzen
Medische toegangsbewijzen – in welke vorm dan ook – verbeteren de volksgezondheid niet en zijn maatschappelijk schadelijk (zie onze punten 1-4).
Lees verder
Medische toegangsbewijzen bieden hooguit een illusie van veiligheid en veroorzaken juist grotere risico’s voor de bevolking, doordat effecten van andere ziekteverwekkers en van mogelijke bijwerkingen van vaccins niet meetellen. (zie punt 2 (b) en punt 4).
Toegangsbewijzen om deel te kunnen nemen aan het maatschappelijk verkeer creëren voor de bevolking een oneigenlijke en ethisch onjuiste motivatie om medische (be)handelingen zoals een vaccinatie of test te ondergaan.
5. Het coronavirus is niet meer gevaarlijk voor de volksgezondheid
Coronavirussen circuleren nog altijd in onze leefomgeving. Het SARS-Cov2-Wuhan-1-virus van 2020 bestaat echter niet meer, omdat het sindsdien vele malen is gemuteerd. Inmiddels circuleert er een grote waaier van nieuwe coronavirussen, die tot andere, veel mildere klinische beelden leiden.
Lees verder
Belangrijk om te weten is dat de huidige dominante varianten van het coronavirus veel minder virulent zijn dan het oorspronkelijke Wuhan-1-virus. Ziekteverschijnselen door de nieuwe coronavirussen zijn milder van aard en vormen geen gevaar meer voor de volksgezondheid. Net als we bij het influenzavirus zien, past de eerste heftige variant van het coronavirus zich aan en wordt het in de volgende jaren opgevolgd door veel mildere varianten. [6]